Geslaagde proef met warme asfaltrecyclingtrein
Het ligt misschien niet voor de hand om via Argentinië en Tsjechië af te reizen naar de Gooimeerdijk-Oost in Almere. Toch was dat de weg die werd bewandeld voor een experiment in de Proeftuin Asfalt Recycle Trein. Petra Mesken van de gemeente Almere geeft uitleg.
Tekst: Ysbrand Visser; beeld: Gemeente Almere
Het was de inmiddels gepensioneerde Ruud Miedema, projectleider voor asfaltprojecten in Almere, die een jaar geleden intern een balletje opgooide over een pilot van aannemer Dura Vermeer met de Asfalt Recycle Trein (ART). Dat viel precies in goede aarde bij Petra Mesken, net in dienst als strategisch adviseur bij de afdeling Stadsruimte. Zij houdt zich vooral bezig met duurzaamheid, circulariteit en klimaatadaptatie bij de aanleg, onderhoud en beheer van de openbare ruimte.
Het experiment betreft in het kort het in één moeite door opwarmen en loswoelen van de asfaltdeklaag om vervolgens hetzelfde materiaal direct weer als nieuw aan te brengen. Zo bespaart de asfaltrecycletrein op primaire grondstoffen, terwijl er ook geen productie en aan- en afvoer nodig is, wat een beste CO2-reductie oplevert. Het is dus een methode die aan de voorkant veel duurzaamheidswinst oplevert en daarom populair is bij bestuurders met duurzame ambities, mits de kosten niet uit de pan lopen.
Almere is niet bang voor dergelijke experimenten en is op verschillende manieren bezig met duurzaamheid en circulariteit. Zoals de toepassing van vezelbeton in een fietspad en biobased verkeersborden. Ook in het kader van de laatste Floriade zijn tal van experimenten uitgevoerd met bijvoorbeeld circulaire bruggen.
Haakse bochten
Met de komst van de ART grijpt de sector terug op een oudere techniek die in Nederland eerder niet van de grond kwam, begint Mesken. “Deze techniek wordt echter in enkele andere landen nog wel toegepast, zodat het nu Tsjechen zijn die de mensen hier opleiden. Een samenwerkingsverband tussen Rijkswaterstaat en Urban Mobility Systems (UMS) zorgde ervoor dat de techniek van warme in situ recycling nieuw leven werd ingeblazen. Het materieel om mee te starten werd gevonden aan de andere kant van de wereld. Een bijna nieuwe, maar werkeloze asfaltrecyclingtrein werd uit Argentinië naar Nederland gehaald. Aannemer Dura Vermeer zet de hele machinerie in op dit project, inclusief personeel van ART-E.”
Mesken benoemt diverse voorwaarden waaraan de betrokken weg moet voldoen: “Het is een enorme ‘trein’ die je niet zomaar op elke weg kunt inzetten. Scherpe bochten, laat staan haakse bochten, en de meeste rotondes lukken niet met zo’n gevaarte. En het wegdek moet minimaal 3,5 meter breed zijn. De deklaag die je gaat verwijderen moet verder teervrij zijn en ook bij zaken als verkeersdrempels werkt deze techniek niet.”
Heaters

De immense machine zorgt achtereenvolgens voor verwarmen, loswoelen, mengen en weer spreiden van het hergebruikte mengsel. Mesken: “Eerst wordt de oude deklaag schoongemaakt en dan met een aantal heaters verwarmd. Op de Gooimeerdijk-Oost werden twee en drie heaters ingezet om te bekijken wat beter werkt en een betere kwaliteit oplevert: sneller opwarmen of meer geleidelijk? Als het asfalt zacht genoeg is, wordt het losgewoeld, waarbij het aanwezige steenslag niet stuk wordt gemaakt. Dat asfalt wordt verder opgewarmd voor de volgende stap, het mengen. Daarbij kunnen ook nog stoffen als bitumen of verjongingsolie worden toegevoegd, waarna het asfaltmengsel weer op de weg wordt uitgestort en de wals eroverheen gaat.” Bekijk de video van Rijkswaterstaat om te zien hoe dit eruitziet.
“De inzet van de ART”, vervolgt Mesken, “leidt naar schatting tot een CO2-reductie van 80 procent ten opzichte van vernieuwing van het asfalt. Waar de productie van nieuw asfalt een erg hoge milieu-impact heeft, is het op locatie recyclen van bestaand asfalt dus erg interessant met het oog op verduurzaming. Met deze techniek hoef je alleen nog maar ter plekke warmte toe te voegen en kun je in theorie eindeloos blijven recyclen. De machine zelf wordt nu nog aangedreven door diesel en verwarmt met gas. Een elektrisch aangedreven variant is in ontwikkeling, maar was voor toepassing op de Gooimeerdijk-Oost nog niet beschikbaar. Uiteindelijk moet elektrificatie van de ART tot een nog hogere CO2-reductie leiden.”
Uiteindelijk staat en valt alles met de kwaliteit, beaamt Mesken, maar die is nog niet helemaal gevalideerd. “Je hebt het nu nog niet over een bewezen techniek. Het mooie is wel dat de kwaliteit van het steenslag goed behouden blijft. En of je het nu conventioneel aanlegt of op deze manier, wij hebben hier in Almere te maken met een slappe bodem, waardoor we altijd rekening moeten houden met scheuren. Een goede kwaliteit van het uiteindelijke wegdek is natuurlijk wel het uitgangspunt, ook met het oog op veiligheid en levensduur van de weg. Dat gaan we nu evalueren.”
Beheersen kwaliteit
“Tijdens deze inzet van de ART heeft vanuit de proeftuin BouwCirculair een validatieonderzoek gelopen”, gaat Mesken verder. “Ook studenten keken tijden de uitvoering mee. Zo werden tijdens het verhitten de emissies gemeten, want er komt nogal wat rook vrij. In hoeverre bevatten die schadelijke stoffen voor de mensen die daar werken? Dat er vervolgens nog wat extra’s aan het gebruikte asfalt wordt toegevoegd, heeft te maken met het feit dat er altijd sprake is van slijtage en een soort degeneratie van een weg. Het is dus niet zo dat je het oude asfalt er weer volledig in kan walsen. De kleine toevoeging is bedoeld voor het beheersen van de kwaliteit. Dat kan een klein beetje bitumen zijn, maar er wordt ook gekeken naar biobased middelen, zodat je duurzamere asfaltmengsels krijgt.”

Mesken weet ten slotte dat er ook al wordt bekeken of er een kleinere versie van de ART kan worden gebouwd, bedoeld voor bijvoorbeeld fietspaden. “Als met de ART een vergelijkbare kwaliteit deklaag bereikt kan worden, is er geen reden meer om deze techniek niet in te zetten. Onze wethouder is hier in ieder geval heel enthousiast over. Op dit moment is er nog een hoger kostenplaatje, maar mede dankzij bijvoorbeeld de SPUK-regeling konden we dit hier toch doen. Verder kun je ook kijken naar andere manieren van verduurzamen, met bijvoorbeeld andere asfaltmengsels, koude recycling of gewoon een slanker wegdek. Als gemeente moet je bovendien overwegen of je wel met gekleurd asfalt wilt werken, want dat is minder duurzaam en slechter te recyclen. Verder hoeft een duurzamer mengsel niet per se duurder te zijn, dus als we met z’n allen gewoon deze richting op gaan, wordt het straks business as usual. Bekijk gewoon wat het beste past, in situ koud of warm recyclen, maar doe het wel, want juist in asfaltprojecten valt een enorme winst te behalen. Elke gemeente moet zich daarom afvragen of ze wel op de conventionele manier willen verder gaan.”